Vandaag maakte de Antwerpse vierdeklasser Merksem-Antwerpen-Noord bekend dat de club binnenkort zal starten met een verplichte medische screening en revalidatielessen vanaf 14 teneinde risicofactoren en hartafwijkingen. De vierdeklasser is daarmee één van de eerste voetbalclubs, samen met eerste klasse club Club Brugge, die concrete maatregelen neemt om de veiligheid en gezondheid van de aangesloten spelertjes te bevorderen. Vlaams volksvertegenwoordiger Ulla Werbrouck steunt de vierdeklasser bij dit initiatief en hoopt dat nog andere voetbal- en andere sportclubs hun voorbeeld volgen. "De Vlaamse overheid zal geen initiatieven nemen om een gericht sportmedisch onderzoek te verplichten, maar wil het sportieve individu zelf verantwoordelijk stellen. Daarom is het belangrijk dat sportclubs zelf maatregelen nemen", stelt Ulla Werbrouck.
Dat net de voetbalclub Merksem deze maatregelen aankondigt, moet geen verassing zijn. De club werd vorig voetbalseizoen namelijk op korte tijd getroffen door 2 gevallen van een plots hartfalen. Eerst was er de trieste dood van Bobsam Elijiko en een paar maanden later werd de 16-jarige Tom Leermakers getroffen door een hartstilstand. De jongen werkt momenteel hard aan zijn revalidatie. Ulla Werbrouck vindt de genomen maatregelen zinvol en nodig. Ulla Werbrouck: "De voetbalclub zal werken met een trapsgewijs sportmedisch geschiktheidsonderzoek. Dat wil zeggen dat er gestart zal worden met een vragenlijst die mogelijk opgevolgd wordt door een bezoek bij de huisarts en/of de cardioloog. Dat is ook de methodiek die ik steeds bepleit heb. Ik ben ervan overtuigd dat men hierdoor een aantal, doch niet alle, gevallen van plotse sportdoden kan verhinderen."
Door de hartstilstand van Tom Leermakers kwam bovendien aan het licht dat slachtoffers van een plots hartfalen door sportbeoefening niet verzekerd zijn. Hierna declameerde de Belgische Voetbalbond dat ze haar 400.000 jeugdspelers op medisch onderzoek zou sturen. Een half jaar na datum blijft het echter stil aan de Houba De Strooperlaan. Ulla Werbrouck interpelleerde toen Vlaams minister van Sport Philippe Muyters over het feit dat een sportverzekering een hartfaling niet dekt. "Minister Muyters verklaarde toen doodleuk dat hij geen plaats voor een hartfalen zag in een sportverzekering, want dan zou je ook tandpijn op een sportveld moeten gaan verzekeren. Ook andere commissieleden betwijfelden of verzekeringsmaatschappijen dergelijke aspecten zouden willen verzekeren", duidt Ulla Werbrouck. Ondertussen namen Ethias e.a. al maatregelen om dit specifieke aspect wel op te nemen in hun verzekering.
Omdat zowel de sportfederaties als de overheid halsstarrig weigeren om hun verantwoordelijkheid op te nemen m.b.t. deze problematiek is het lovenswaardig dat sportclubs zelf initiatieven nemen. Echter blijft dit te fragmentair en is er daarom nood aan een algehele visie. "Minister Muyters heeft dan wel een screeningsprotocol laten uitwerken met specifieke onderzoeken i.f.v. de specifieke sporttak, het is en blijft een vrijwillige test. Een zekere vorm van verplichting is volgens mij echter onontbeerlijk om mensen aan te zetten om zich te laten testen. Daarnaast moeten er ook op federaal vlak maatregelen genomen worden. Een solidariteitsfonds dat slachtoffers van een plots hartfalen door sportbeoefening vergoed voor medische kosten dient eerder vroeger dan later ingevoerd te worden", stelt Ulla Werbrouck haar visie klaar en duidelijk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten